dinsdag 21 september 2010

Misora en aanslag van het gelatinebolletje

Dat klinkt als een filmtitel, maar het is wel echt gebeurd. Laten we een stukje terug gaan in de tijd om dit allemaal te duidelijk te krijgen. Vandaag, eenentwintig september om precies te zijn, hadden we met school een buitendag. Deze was van vorige week naar nu omdat het vorige week dinsdag nogal ECHT HEEL ERG KLOTE weer was. Met deze buitendag, wat we met heel 4VWO deden trouwens, gingen we naar het Slachtehiem. En nee, daar wordt je niet geslacht. Gelukkig. Alhoewel.. Maar goed. Het Slachtehiem is een activiteitenboerderij die tussen Lollum en Arum inligt. Even ter informatie: 23 kilometer fietsen vanaf Sneek. En als ik eerst nog naar Sneek moest fietsen kwam daar nog zo'n tien kilometer bovenop. Dan zou ik in totaal dus 66 kilometer gefietst hebben. Maar dat vertikte ik en ik was niet de enige. Gelukkig deed Djoke lief mee =D. Dus gingen wij rechtstreeks naar Lollum/Arum fietsen. Dus. Wij via Bolsward fietsen. Het eerste stuk moesten we beide alleen fietsen. Het was mistig. En dat was opzich niet zo erg. Het waaide niet hard en het was mooi weer. Maar ik had mijn mooie nieuwe grote paarse Eastpak op mijn rug, en dat ZWEET. Dus. Ik bij Tsjerkwerd mooi mijn jas uitgedaan en gewacht op D-chan. Die kwam niet veel later en we gingen op weg naar het eerste herkenningspunt: Bolsward. Er fietsten wat irritante jochies achter ons die zeiden: Hé, school is nog niet begonnen hoor! Maar helaas voor hun moesten wij in tegenstelling tot hen niet naar school. Maar naar een introductiedag wat niet altijd beter hoeft te zijn dan het eerstgenoemde. Maar goed. Wij dus fietsen. En in discussie raken of ik Djoke wel of niet vertrouw met kaarten bestuderen. Ik ben erachter gekomen dat ik dat wel kan doen <3 We kwamen na een tijdje bij Schettens waar Djoke's tas van de bagage drager viel. Toen kreeg ik de kans om ook mijn vest uit te doen wat ik dan ook graag deed want ik had last van een typisch gevalletje zweetrug. We fietsten vrolijk verder tot we een paddestoel bekeken en daarop stond dat we zo naar Arum moesten. That didn't work out very well. Because we had to go through een weiland zonder goed fietspad. Nou, na heel wat kilometers kwamen we dus eindelijk aan op het Slachthuis. We waren zelfs voor de groep! Dus wij lekker zitten en vieze nep cola drinken en oranjekoek eten. Toen kwam de rest van de groep al aan en zagen we Amarens, Elise, Merlyn en Melissa lopen. Die kwam en naar ons toe terwijl we aangevallen werden door wespen en werd het nog gezelliger =D. Opeens geroep dat we stil moesten zijn en er werd ons uitgelegd wat de bedoeling was. Ook werd ons verteld dat er ergens een wespennest was -Goh, dat was ons nog helemaal niet opgevallen..- en dat degene die het wespennest vond twintig euro kon verdienen. Iedereen natuurlijk totaal enthousiast. Maar uiteindelijk heeft niemand het ding gevonden. Toen gingen we naar de eerste activiteit: Kanoën. Ik zag met Gerda in een kano. En nou ja.. Lang kanoën doet pijn aan je armen en je broek wordt er zo nat van als je het niet goed kunt dus gingen we maar snel weer terug. Met het commentaar van onze geliefde mentor: Jullie zijn niet tot het einde gegaan hè? Dus gingen we nog maar even de andere kant op, met veel stiekeme pauzes die niemand kon zien. Toen we weer een beetje opgedroogd waren en nog meer last kregen van wespen gingen we naar de volgende activiteit. Paintball. Ik verwachtte best veel van Paintball. Ik dacht altijd dat je dan werd beschoten en met allemaal kleurige verspatten in vrolijke kleurtjes op een mooie artistieke overal weer terug zou keren. Het tegendeel was waar. Toen we aankwamen bij de poort van de hel kregen we allemaal een overal. Een donkergroene die veel en veel te groot was. Ook kregen we een helm die van onze hoofden afviel. Maar we waren al lang vrolijk en blij dat we niet meer hoefden te kanoën en dat daar geen wespen waren, dus volgden we de mannetjes onschuldig naar het strijdveld. Daar kwamen we in de Safety Zone. De enige plek waar je 'veilig' was. We moesten allemaal een geweer pakken en de eerste moorzuchtige groene monstertjes vielen er al uit. De verfballetjes. Oftewel: Gelatineballetjes die openknappen en je dan geel of groen of whatever makken. Geen verf dus. Waarom noem je het dan Paintball? Ja, daar kom ik straks op terug. De meneer vertelde ons dat de helm beslist niet af mocht als je niet in de Safety Zone was en daar luisterden we dan maar naar. Na een tijdje gingen we allemaal het slachtveld op. Ik vond het leuk. Eigenlijk best wel.. We gingen achter obstakels staan om balletjes naar mensen te schieten met zo'n 120 kilometer per uur. Dat was best cool. Die helm maakte het ook best serieus. Op een gegeven moment rende ik naar een obstakel waar Liesbeth -Waarvan ik geen idee had dat het Liesbeth was- achter zat. En ging er onschuldig achter zitten. Wat ik niet wist was dat Emma -Van het gele team- een obstakel verder zat en, ja hoor, richtte op mijn kont. Ik voelde een immense pijn en was dus af. Ik mocht naar de Safety Zone. Het deed pijn mensen. Een schot doet pijn. Nadat we nog wat potjes gedaan hadden en weg mochten -Het was uiteindelijk nog best leuk- mochten we de overal enzo uitdoen en zag ik een plek wat er niet goed uitzag. Mijn schotwond. Om terug te komen op waarom Paintball, Paintball heet: Het woord PAIN zit erin. Dat is dus niet voor niks. Toen was het tijd om te gaan lunchen. Broodjes hamburger. Jammie. En toen kwam Gerda met de geniale opmerking: Er zijn jonge poesjes, zullen we gaan kijken? Dat deden we dan ook. En toen zagen we de vier meest schattige wezentjes die op deze aarde rondlopen. (Eerste gedachte: OMOCHIKAERIIIIIIII)We hielden het geheim voor de andere meisjes die anders gillend aan waren komen lopen en gingen bij de katjes zitten om met ze te spelen. Ik had na een tijdje een favoriet: een zwart katje met een witte buik en een wit vlekje op zijn hoofd, die ik liefkozend Tomo-chan noemde in mijn hoofd. De anderen waren ook heeeeeeeel lieeeeeeef en Melissa had -Nadat we het haar hadden verteld- ookal een soort van eigen katje. De grijze met bruine vlekjes. Zij noemde hem/haar (niet duidelijk..) Snoes. Maar we moesten helaas weer verder met de activiteiten. Fierljeppen. DAT KAN IK DUS ECHT NIET! Zo. Gezegd. Kleinste slootje: Kletspoot. Groter slootje: Te bang om eroverheen te springen. Dus dat was het. Daarna nog boerenvoetbal en dat was.. Nou niet heel bijzonder. We mochten weer terug daarna en gingen weer -wat een verassing- naar de katjes =D Alhoewel.. Ik was even de enige. De vier liefies sliepen. En ik ging er zachtjes bijzitten. Toen deed de grijze zijn oogjes open en keek me aan en toen werden ze allemaal wakker. Ik legde mijn hand op de grond en Tomo kwam er meteen naartoe en ik werd helemaal warm en fluffig van binnen. Hij was zo lieeeeeef. Maar goed. Na een tijdje werd het steeds drukker met meisjes die zich afvroegen wat we daar boven deden. Dus was het tijd om erweg te gaan. En een smeltend zacht ijsje te halen. Wat niet eens verkeerd smaakte. Na een tijd daarna gingen we na ons omgekleed te hebben weer terugfietsen. We gingen door Bolsward heen om een ijsje te halen bij mijn oom die het niet eens zo druk had. Dat was lekker. Daarna gingen we nog een milkshake erbij kopen voor op de fiets en moesten we het laatste stukje nog. Dat was best wel te doen en nu zit ik thuis en ben ik echt bekaf.
Kortom, het was niet eens zo verschrikkelijk maar Paintball doe ik nooit meer.

1 opmerking:

  1. Het is ook een val slimmerd. Die t zit er in voor de sier, het heet eigenlijk bewoon painball. En crap wat een verhaal. Tip: Alinea's. Dat leest een stuk makkelijker. (A)

    BeantwoordenVerwijderen