'Wat is geluk voor jou?'
'Voor mij is geluk het fijne gevoel dat ik krijg in mijn lichaam. Dan ben ik gelukkig.'
'Dus geluk zit in je?'
'Ja, geluk zit in je.'
'Ik word altijd gelukkig van mijn auto. Kun je daar ook gelukkig van worden?'
'Ja, dat kan ook. Ik word ook gelukkig van mijn auto.'
'Maar zit het geluk dan in de auto? Want daar word ik gelukkig van.'
'Nee, geluk zit in jou. Jij bent gelukkig.'
'Maar als je de auto niet had, zou je dan nog steeds gelukkig zijn?'
'Dan zou ik minder gelukkig zijn..'
'Maar dan zou geluk dus wel in de auto zitten, maar de auto zit niet in mij, toch?'
'Nee.. Daar uhm.. Ga verder?'
*1-0*
'Krijg je een fijn gevoel van binnen als je een koekje eet?'
'Uhm.. Ja.'
'Dus dan ben je gelukkig?'
'Ik denk het..'
'En als je dan twee koekjes eet, ben je dan nog steeds gelukkig?'
'Ja.'
'Nog gelukkiger dan eerst? Want je word gelukkig van een koekje dus zou je nog gelukkiger moeten worden van twee koekjes.'
'Tsja.. Dat zou kunnen.'
'En ben je nog steeds gelukkig als je tien koekjes eet?'
'Ja, eerst wel. Maar daarna ben ik misselijk.'
Het gesprek hierboven is een typisch voorbeeld van een Socratisch gesprek. Bij een Socratisch gesprek probeer je doormiddel van vragen de ander in het hoekje te krijgen. Je wilt dat iets dat degene zeker weet toch niet meer zo zeker is. Je probeerd degene in een hoekje te drijven zodat hij helemaal in de war raakt. Socrates was een filosoof die leefde in het oude Griekenland. Hij ging vaak naar de markt waar hij -vooral rijke- mensen aansprak om de gesprekken te voeren die ik hier boven al uit getypt heb -Dan wel anders natuurlijk, maar het principe is hetzelfde- De rijke mensen vonden dit verre van leuk omdat ze eigenlijk voor gek stonden en de man eigenlijk ontzettend irritant vonden. Socrates vond ook dat je pas echt een goed leven leidde als je deze vijf eigenschappen bezat: Eerlijkheid, Rechtvaardigheid, Vroomheid, Dapperheid en Gematigdheid. Als je deze alle vijf bezat, dan had je goede zelfkennis. En zelf kennis was belangrijk, want: Als je echt wilt weten wat een goed leven inhoud, dan begint dat bij zelfkennis. Socrates was een wijs man, maar hij werd opgepakt omdat hij zogenaamde en bedreiging zou vormen voor de jeugd. Hij moest de gifbeker drinken, en dat deed hij dan ook. Hij aanvaardde zijn lot en stierf.
Mede mogelijk gemaakt door: Bouwman en Dekker
Geen opmerkingen:
Een reactie posten